Onze reactie op stellingen ABN AMRO in de uitzending van Kassa van 20 maart 2021.


“Wij gaan nog naar de civiele rechter want in de uitspraak van de Commissie van Beroep is er onvoldoende aandacht besteed aan de bezwaren die ABNM AMRO heeft, m.n. over de gehanteerde referentierente”.


Deze stelling is onhoudbaar. Na de eerste uitspraak over Credit Agricole Consumer Finance (Interbank. Ribank, De Nederlandsche Voorschotbank en Intermediaire Voorschotbank) is ABN AMRO in de casus - waarover de Commissie van Beroep nu heeft besloten -  in de gelegenheid gesteld haar visie daarover te geven. Dat heeft ABN AMRO zelf gedaan in een document van 12 pagina’s. Daarna is het in oktober 2019 tot een hoorzitting gekomen. ABN AMRO schakelde een van de duurste advocatenkantoren van Nederland (Loyens en Loeff) in.  Tijdens die hoorzitting is een pleitnota overhandigd van ook 12 pagina’s en 9 pagina’s met bijlagen. Na de hoorzitting is (heel ongebruikelijk; meestal is een hoorzitting het slot van een Kifid-procedure) ABN AMRO nog een keer in staat gesteld een aantal vragen van de Geschillencommissie te beantwoorden. Daar heeft de advocaat 28 pagina’s voor nodig gehad. Vervolgens mocht ABN AMRO nog reageren op de definitieve uitspraak van de Commissie van Beroep over CACF. En gebruikte daarvoor 25 pagina’s. Toen de Geschillencommissie ABN AMRO de gelegenheid bood om naar de Commissie van Beroep te gaan besteedde de advocaat 43 pagina’s voor het beroepsschrift, waarvan 36 tekst en 7 aan bijlagen. In aanloop naar de hoorzitting eiste ABN AMRO te mogen komen met 4 personen (waar – door de corona-maatregelen – er twee toegestaan waren) en drie kwartier spreektijd. Dit bij een zitting die normaliter 1 uur en een kwartier duurt en waarbij partijen ieder een kwartier hun zegje kunnen doen. Na bezwaren van onze kant is er een compromis uit gekomen. Er mochten meerdere mensen mee luisteren via Teams en ABN AMRO mocht een half uur spreken, mits dan de pleitaantekeningen een week van tevoren bekend zouden zijn. De spreekaantekeningen besloegen 8 pagina’s en er was een presentatie bijgevoegd van 10 pagina’s. Tijdens de hoorzitting is het ongeveer drie kwartier gegaan over de bezwaren die ABN AMRO heeft tegen de door het Kifid gehanteerde methode van compensatieberekening.


Kortom: ABN AMRO heeft 147 pagina’s tekst, presentatie en bijlagen en drie kwartier mondelinge toelichting bij de Commissie van Beroep gebruikt om haar standpunt duidelijk te maken. En de Commissie van Beroep heeft een week de tijd gehad de pleitnota van ABN AMRO te bestuderen.

Maar de Commissie van Beroep was het hier gewoon niet mee eens.


Van onze kant hebben we aangetoond, dat ALS de manier van ABN AMRO gehonoreerd zou zijn door het Kifid betreffende consument niets (!) zou hebben gekregen. Terwijl hij nu € 5.600 gecompenseerd moet krijgen. (Waarbij ABN AMRO maar € 4.400 aanbiedt).


ABN AMRO wil in feite een berekeningsmethode, waardoor ze niet hoeft te compenseren.


“Wij gaan met Consumentenbond Claimservice in gesprek en als die goed verlopen, dan kan het zijn dat we de procedure bij de civiele rechter stop zetten”.


De uitkomst van het gesprek met Consumentenbond Claimservice kan geen andere zijn, dan dat de ABN AMRO klanten een compensatie gaan krijgen in de lijn van wat de Commissie van Beroep heeft bepaald. Want – mede op ons verzoek – heeft Kifid verklaard de lopende en nieuwe soortgelijke klachten over ABN AMRO gewoon te blijven behandelen. Dus mensen die naar het Kifid gaan halen hun recht altijd. De Consumentenbond Claimservice kan – als ABN AMRO toch een andere lijn wil – met de verzamelde klagers (ongeveer 8.000) naar het Kifid gaan. Wij vermoeden dat het Kifid daar ook niet blij mee zal zijn.


“Wij vinden het vervelend als de klanten het voelen als een wurgkrediet, maar dat zien wij niet zo. Wij hebben altijd keurige rentes gehanteerd. Klanten zijn ook altijd vrij geweest om zonder kosten over te stappen naar een andere partij met een beter tarief”.


In de uitzending werd de casus van meneer Van Dijk behandeld. Meneer start met een krediet van € 36.000 in 2003. Hij betaalt gedurende de eerste vijf jaar alleen rente en daarna € 360 (1% van de kredietlimiet) per maand en na bijna 20 jaar staat er nog ongeveer € 23.000 open. Hij kan – gezien zijn leeftijd van in de 60 – geen andere geldgever vinden, die het krediet tegen gunstiger voorwaarden over wil nemen.


Wurgkrediet


De term “wurgkrediet” is een door Kassa in het leven geroepen term voor mensen, die qua leeftijd en/of inkomenspositie niet meer een andere geldgever kunnen vinden om het krediet ‘over te nemen’ tegen gunstiger voorwaarden. Je zit dus altijd vast aan de bank zo lang je je schuld hebt. De AFM hanteert de meer politiek gekozen term: “locked-up”. Maar het komt op hetzelfde neer. Je kan geen kant op.


Dit geldt voor meneer van Dijk.


Waarom nog steeds zoveel schuld?


Dat meneer van Dijk nog steeds een hoge schuld heeft een aantal oorzaken. Waarvan de belangrijkste:

-         De eerste vijf jaar is er alleen rente betaald. Dat betekent dat er na vijf jaar nog steeds een schuld was van € 36.000.

-         Daarna is hij € 360 gaan betalen. Dat is 1% van de kredietlimiet. Maar vanaf half 2007 tot half 2016 heeft ABN AMRO een rente gerekend van ruim 11%. Even simpel geredeneerd: 11% gedeeld door 12 is 0,91% per maand. De betaling is 1% per maand. Dus de marge binnen de betaling bestemd voor aflossen is maar heel klein!

-         Vanaf half 2016 gaat het wat beter. Dan gaat de rente naar 7,81%. Maar inmiddels is (vijf jaar later) de marktrente al weer verder gedaald. En dát is niet verwerkt in deze lening.

-         Meneer Van Dijk kreeg rond zijn 65-ste bericht dat de bank € 720 per maand zou gaan incasseren. Na bezwaar is dat gebleven op € 360 per maand. Maar bij ongewijzigde rente zit meneer dan nog 7 jaar vast aan zijn lening.


Kortom: Als er niets verandert vangt ABN AMRO gedurende zo’n 25 jaar geld op een krediet van

€ 36.000. In totaal zo’n € 108.000.


Wanneer zegt ABN AMRO “genoeg is genoeg”?