Opschorting compensatieregeling ABN AMRO geëist

Op 7 oktober 2021 zonden wij een brief aan de directie van ABN AMRO met als eis dat de compensatieregeling voor teveel betaalde rente wordt opgeschort. Dit omdat wij het niet eens zijn met de uitleg die ABN AMRO geeft aan de uitspraken van het Kifid en er binnen afzienbare termijn uitspraken te verwachten zijn die daar klaarheid in moeten brengen. Hieronder kun je ons persbericht hierover lezen.

PERSBERICHT 10-10-2021


In het belang van (oud-)klanten van ABN AMRO eist St. Geldbelangen dat de bank de compensatieregeling,  die ABN AMRO – in samenwerking met Consumentenbond Claimservice – voor teveel betaalde rente gaat aanbieden,  opschort. Geldbelangen is het niet eens met de manier van berekenen van de compensatiebedragen. De belangenbehartiger van consumenten is daarover al langer in discussie met de bank. De belangenbehartiger wil dat de bank wacht op twee Kifid-uitspraken die binnen afzienbare termijn verwacht worden en helderheid moeten bieden.


Verder eist Geldbelangen dat ABN AMRO de finale-kwijting-bepaling uit de compensatieregeling haalt. De bank doet een eenzijdig aanbod, aangemoedigd door Consumentenbond Claimservice en dus zal de consument al snel geneigd zijn om akkoord te gaan. Als die consument later een betere rechtspositie kan krijgen dan kan hij daarvan geen gebruik meer maken wanneer hij voor finale kwijting heeft getekend. Geldbelangen vindt dat de consument niet door de bank in zo’n onrechtvaardige positie kan worden gebracht.


ABN AMRO heeft in het verleden teveel rente berekend over haar consumptieve kredieten en hypotheken. Dat bleek uit een zaak, waarin ABN AMRO door de Commissie van Beroep van het Kifid veroordeeld is tot het terugbetalen van teveel betaalde rente. In overleg met Consumentenbond Claimservice heeft de bank op 6 september bekend gemaakt om aan alle betreffende klanten de teveel betaalde rente te gaan compenseren.


Daarbij hanteert ABN AMRO echter een methode, die een bank onwaardig is. Als de consument bijvoorbeeld in maart 2009 € 30,00 teveel blijkt te hebben betaald dan zegt ABN nu die € 30,00 terug te gaan geven. De bank gaat volledig voorbij aan het volgende. Stel dat de klant in maart 2009 een bedrag van € 220 betaalde, waarvan de bank € 190 aan rente rekende en met de rest (€ 30) de schuld werd afgelost. Volgens de ‘veroordeling’ heeft de bank bijvoorbeeld € 20 aan rente teveel betaald. Zou er in 2009 juist zijn gerekend dan zou de schuld niet met € 30 maar met (€ 30 + € 20=) € 50 omlaag zijn gegaan. Wanneer dit zo maand voor maand door gaat krijgt de consument in wezen rente-op-rente. En dan is die € 30 van 2009 nu misschien wel € 80 waard.

Geldbelangen vertegenwoordigde de consument bij de zitting van de Commissie van Beroep in december 2020, nadat de Geschillencommissie ABN al ‘veroordeeld’ had. Al rondom die zitting en daarna heef Geldbelangen de berekeningswijze van ABN AMRO steeds ter discussie gesteld.


Mede door de tegenwerking van ABN AMRO heeft de Commissie van Beroep zich er toen niet over uit gesproken. Op 1 november a.s. is er een hoorzitting van het Kifid over deze kwestie. Daarom eist Geldbelangen nu opschorting van de compensatieregeling.


Naast opschorting eist Geldbelangen dat de finale kwijting bepaling uit de regeling gaat. Stel dat een klant een aanbod krijgt, er niet op gewezen wordt dat hij mogelijk met een slechte deal akkoord gaat – immers mede aanbevolen door de Consumentenbond – en hij er later achter komt dat er een betere compensatie is te krijgen, dan kan hij niet meer verder, want door de finale kwijting verliest hij al zijn rechten.


In de compensatieregeling, die Credit Agricole Consumer Finance NL B.V. (w.o. Interbank, Ribank, De Nederlandsche Voorschotbank en Intermediaire Voorschotbank) in 2020 is gaan bieden zegt deze bank expliciet dat de klant geen finale kwijting verleent bij aanvaarden van het aanbod.


Ten slotte rekent ABN AMRO vanaf 2008. Kifid heeft al twee richting gevende uitspraken gedaan in een klacht over Credit Agricole Consumer Finance, waarin gesteld wordt dat er vanaf begin contract gerekend moet worden. CACF doet op dit moment pogingen om daartegen in beroep te gaan.